Home smart home

LCDVroeger – in de jaren tachtig – piepte alleen mijn LCD-horloge als er iets aan de hand was: een nieuw uur of een alarm. Tegenwoordig laat mijn koelkast weten dat er een deur open staat; mijn afwasmachine en oven laten weten dat ze klaar zijn met hun werk; de auto laat weten dat de snelheid te hoog is om elektrisch te rijden of dat er vertraging in de geplande route is te verwachten. Of dat ik achteruit rijd, en dus moet opletten op het achteruitrijcamerabeeld dat laat zien wanneer ik iets raak. De tandenborstel piept dat ik weer 30 seconden verder ben. De OV chipkaart-lezer piept bij in- en uitchecken. De deuren van de tram en metro piepen vlak voordat ze worden gesloten. Zelfs wanneer het eindelijk stil is laat ieder apparaat weten dat het bestaat – met een LEDje, dat alleen maar uitdooft wanneer je het complete apparaat ontkoppelt van het elektriciteitsnet.

chipApparaten doen dus hun uiterste best om met ons te communiceren. Het blijft echter behelpen, al die piepjes. Binnenkort worden apparaten een stuk interactiever. We kunnen ze dan aanspreken via onze smartphone en de apparaten op hun beurt zullen ons precies vertellen waar ze mee bezig zijn. Wij mensen gaan het nog druk krijgen. Althans, wanneer we onze apparaten geleidelijk vernieuwen. De laatste generatie apparaten zal steeds vaker voorzien zijn van een chip, waarmee het apparaat kan worden opgenomen in een heel nieuwe ecosysteem.

Dat ecosysteem heet uiteraard het Internet of Things en dat wordt straks aangedreven door onder meer de Zigbee chip. Klein, energiezuinig maar met een flink bereik in meters als het gaat om het uitwisselen van (geringe hoeveelheden) data. Ideaal dus voor het dagelijks communiceren met bijvoorbeeld een settopbox of een webapplicatie.

20130923_195823
wireless thermostaat

In de voorbereiding van een interview met Cees Links (CEO van GreenPeak, fabrikant van Zigbee chips) verrichtte ik natuurlijk de nodige research. De Zigbee chip wordt onder andere gebruikt in draadloze thermostaten en daarvan staat er een bij mij in de woonkamer. Handig, want zo hoef je geen draden te trekken tussen thermostaat en CV-ketel. En je thermostaat is niet langer een of ander vreemde kastje dat aan de muur moet hangen. Bizar dat ik deze IoT-technologie al twee jaar in huis heb zonder het te weten.

Na het interview (dat plaatsvond op de drukbezochte media- en entertainmentbeurs IBC2013) liet Cees Links een draadloze lichtschakelaar zien. Niet te onderscheiden van de schakelaar die bij mij thuis in ieder vertrek te vinden is. Maar het exemplaar van Cees was met een klein stukje klittenband op de muur bevestigd. In de schakelaar een chip en een kleine dynamo, die bij ieder gebruik van de schakelaar voldoende spanning toevoegt aan de ingebouwde accu. Kortom, een volstrekt zelfvoorzienende en draadloze lichtschakelaar. De next step is natuurlijk dat we het hele huis – verwarming, apparaten, verlichting – bedienen vanaf een iPad of een smartphone. Daarvoor hebben we slimme apparaten nodig waarmee meer mogelijk is dan alleen op afstand aan en uit zetten. Want daarvoor hadden we in de jaren tachtig al de klapschakelaar (die ik ook nog wel eens met mijn elektronicadoos in elkaar heb gezet).

smart-home1

De apparaten moeten dus zelf intelligent worden of op zijn minst kunnen omgaan met informatie die van buitenaf komt. Zo lang apparaten nog dom zijn, moeten we het doen met een interface zoals de iPad – in de kern helaas nu al armoedig en ouderwets interface, want niets meer dan een online dashboard met schakelaars en metertjes. We kijken er immers niet meer van op dat we zaken draadloos (en via internet) kunnen regelen?

Het smart home omvat dus meer dan alleen ‘commando’s geven’. Het smart home is een huis dat luistert. Letterlijk, door te reageren op spraak (of gebaren) en figuurlijk door in te spelen op patronen in onze behoeften. En de interactie aan te gaan als er twijfel is: wil je muziek bij het eten? Is het warm genoeg? En ben je nog van plan vanavond weg te gaan?

We gaan dus toe naar een wereld met connected apparaten die de nodige intelligentie bevatten en die gaan interacteren met ons. Gezien de complexiteit die daarmee gepaard gaat (honderd apparaten die wachten op onze wensen en commando’s) ligt het voor de hand dat er een regisseur komt, een digitale butler. Dat kan een digitaal systeem zijn, met of zonder fysieke verschijningsvorm. En dat brengt ons weer terug bij Siri (twee jaar na de introductie uit de bèta fase, maar nog niet in het Nederlands) en robots.

Mijn voorspelling: binnen vijf jaar zijn de eerste huizen voorzien van geïntegreerde, spraak gestuurde systemen.