Connected

pairs 2_terminal ipadHad ik hier een plaatje van een Apple Macintosh Classic moeten laten zien? Er is, vergeleken met de iPad, een hele serie apparaten die plotseling nog ouderwetser lijkt. Bijvoorbeeld de Franse Minitel. Of het grijze PTT telefoontoestel met draaischijf (zelfs in een club worden nummers niet meer echt gedraaid, bewegende onderdelen in apparaten zijn een verdwijnend verschijnsel).

De terminal, links afgebeeld, is een goed voorbeeld van de vooruitgang. Het geheugen van de iPad is vergeleken met de terminal gigantisch. De iPad  is weliswaar tot heel wat in staat, maar kan relatief weinig zonder internetverbinding. Dat geldt vreemd genoeg ook voor de terminal, die zonder mainframe niet verder komt dan een knipperende ‘prompt’. Met woordelijke commando’s in de vorm van afkortingen die geheel moeten worden ingeklopt – het toetsenbord van de terminal lijkt zo overgenomen te zijn van de elektronische typmachine – kan het draagbare apparaat communiceren met het moederschip. De draagbaarheid is gerealiseerd door twee verschillende functionele onderdelen – toetsenbord en beeldscherm – in een huis te stoppen. He leidt tot een evenwichtig geheel, want er is evenveel ruimte voor beeldscherm als toetsenbord. Dat principe komen we ook tegen bij smartphones en tablets, maar lange tijd is die verhouding zoek geweest. In veel gevallen werd de voorkeur gegeven aan of bediening, of beeldscherm.

 

Bij iedere gadget uit de Applefabriek ontstaat er al snel een complete industrie van nutteloze of handige accessoires. Bij de iPad is al lange tijd een toetsenbord verkrijgbaar, vaak in de vorm van een soort deksel. Het maakt van de iPad een kleine laptop. En zo zijn er ook – lang voordat de iPad op de markt kwam – laptops bedacht met een aanraakscherm.

Er zijn wel meer producten waarbij de oorspronkelijke functie gemakkelijk kan worden uitgebreid – denk aan de fiets met een bak waarin kleine kinderen in passen of aan de televisie waarmee je gemakkelijk het internet op kan.

De terminal aan de linkerkant is bedacht, gemaakt en in gebruik genomen met een vooraf vastgesteld doel. Het scherm laat zien welke commando’s je naar het systeem stuurt (AS400?) en welke respons na enige tijd terugkomt. De kans is groot dat de respons wordt uitgeprint of genoteerd, want het scherm is niet bedacht om lang naar te kijken. Groene of gele karakters op een zwarte achtergrond.

 

De iPad heeft een mooi display. Maar probeer het ding maar eens aan te sluiten op een TV zodat je foto’s of website heel groot worden weergegeven. Of op je mobiele telefoon. Dan blijkt dat de samenleving vooral connected is via software en via een infrastructuur waarbij de afstand tussen onszelf en onze gegevens steeds groter wordt. Vroeger raakten we al in paniek als we een bestand kwijt dachten te zijn. Natuurlijk zat het dan nog (meestal helaas niet meer in de meest recente versie) in het apparaat, maar hadden we als digibeten moeite om de computer goed te bedienen zodat we de file konden terugvinden. Windows-achtige oplossingen zijn bedacht zodat we niet allemaal hoeven te programmeren.

 

Nu maken we ons niet meer druk over waar onze data zijn. Een deel staat sowieso buiten de deur, in de cloud. Dat is Engels voor ‘een computer van een ander’. Net als bij de waarde van geld is ook bij de cloud vertrouwen het mechanisme waardoor het werkt. Bij het EPD vertrouwen we die afstand niet, maar we surfen wel naar pornosites, doen bankzaken en aankopen via het web, sturen persoonlijk getinte e-mails via Google en zetten onze foto’s op Facebook. Het alternatief is de terminal, waarbij we aan een systeembeheerder kunnen vragen hoe de kabels lopen vanaf ons toetsenbord naar het beeldscherm en het enorme systeem in de computerruimte.